De benaderbare politicus bestaat
Het was niet helemaal onverwacht dat Femke Halsema afgelopen vrijdag haar afscheid aankondigde. GroenLinksers wisten immers al dat dit haar laatste termijn was. En we mochten er van uitgaan dat ze het tijdstip van terugtreden wijs zou kiezen.
Met Femke Halsema had GroenLinks een leider, die inhoudelijk misschien wel af en toe iets te ver voorop liep, maar qua politieke stijl goed paste binnen GroenLinks. In een interview afgelopen zaterdag zegt ze: “Wij kennen nauwelijks fractiediscipline, wel loyaliteit en vriendschap.” Dat is tekenend.
Ook de partij was zeer loyaal, ondanks de verschillen van mening. Op 15 november 2002 nam ze plotseling het stokje over van een aangeslagen Paul Rosenmöller, die na maanden van aantijgingen ('de kogel kwam van links') en zelfs bedreigingen, de politiek verliet. Halsema stond meteen voor een enorme uitdaging om campagne te voeren voor de Tweede Kamer-verkiezingen van 22 januari 2003. Twee weken later werd ze op het partijcongres met algemene stemmen gekozen tot lijsttrekker – misschien wel vooral omdat de aanwezigen onder de indruk waren van haar moed om in die situatie het leiderschap op zich te nemen. Ze had de kerstvakantie om zich in te werken voor de lijsttrekkers-debatten. Er volgde een korte, heftige campagne met een moordend schema, waarin ze constant òf op tv was òf in het land; ze sliep nauwelijks. Ze verloor twee zetels, maar werd op de uitslagenavond desondanks hartstochtelijk toegejuicht. Met de inzet en volharding die ze toen tentoonspreidde legde ze de basis voor haar gevoelsmatige band met de partij en haar sterke leiderschapspositie. De partij bleef ondanks veel discussie achter haar staan, ook al liep ze later wel eens voor de troepen uit en ook al maakte ze soms tactische keuzes waar niet iedereen het mee eens was.
Wat Halsema uitzonderlijk maakte was dat ze als politicus al even gevoelsmatig als intellectueel was. Maar in beiden was ze eerlijk en authentiek. Halsema bleef onbevangen en weigerde cynisch te worden, ook wordt de prijs daarvoor betaald met grotere kwetsbaarheid. In debatten kon ze instrumenteel woedend zijn. En net zoals ze zichzelf niet verloor in gevoelens verloor ze zichzelf ook niet in overmatig intellectualisme. Met haar essays over sociaal-economische en rechtstatelijke onderwerpen en over religie hoef je het niet eens te zijn maar ze zijn helder en trefzeker geformuleerd. In beiden, passie en intellect, is Halsema zeer uitgesproken, maar ook beheerst. En door van het begin af aan haar eigen stijl te volgen, wist ze een aantal vanzelfsprekendheden -over leiderschap, over feminisme, en over links- te doorbreken.
Halsema was zich bovendien sterk bewust van de voorbeeldfunctie die ze als politicus vervulde. Ze stelde zichzelf hoge eisen, maar was tegelijkertijd zeer benaderbaar – zo heeft ze op Twitter met afstand de meeste volgers van alle Nederlandse politici. Daarbij bleef ze overeind in politiek zwaar weer. Dat heeft haar invloedssfeer groter gemaakt dan alleen de GroenLinks-achterban. En andersom is GroenLinks is een van de weinige partijen die dat ook van haar vertegenwoordigers verwacht. De partij verwacht integriteit, fatsoen en vooral goed onderbouwde meningen van haar politici. In die zin is GroenLinks in essentie een anti-populistische partij, altijd wars van kretologie.
Voor Jolande Sap is de standaard gezet. En als het in de club al de gewoonte om kwaliteit te leveren, dan wordt het juist makkelijker, niet moeilijker om dat zelf ook te doen. Maar de uitdagingen zijn groot. Naast de kwestie van de klimaatverandering is er de sociaal-economische crisis. Hoe zorgen we ervoor dat iedereen sociaal-economisch en maatschappelijk mee kan blijven doen? Halsema heeft de basis gelegd door participatie uitgangspunt van sociale zekerheid te maken, in plaats van inkomenszekerheid. Dat heeft ze stevig bevochten. Als econoom is Sap uitstekend gepositioneerd om dit punt verder uit te werken. Bovendien is GroenLinks inmiddels overduidelijk regeerklaar en daarom minder kwetsbaar voor de zuigkracht van de PvdA. En daarmee zou GroenLinks op termijn wel eens de koppositie op links kunnen innemen.
(Dit stuk verscheen vandaag in dagblad Trouw)
|