Sunday, November 28, 2010

De enige kans voor links ligt in het midden.

Deze zaterdag is politiek gezien een uiterst interessante dag, om twee redenen. CDA-minister Hans Hillen kondigt vanmorgen in de media al het eerste verschijnsel aan. Vandaag is de dag dat het CDA een ruk naar rechts maakt. Daarnaast vindt vandaag in den Bosch de manifestatie ' Armoede werkt niet" plaats. Job Cohen zal daarbij aanwezig zijn; Femke Halsema en Alexander Pechtold ontbreken. Vandaag is ook de dag dat de PvdA haar positie als primus inter pares op links definitief opgeeft.

Vanwaar die laatste conclusie? Welnu, iedereen die de demonstraties op links een beetje kent - en ik ken ze, want heb er vele bezocht en ben betrokken geweest bij de voorbereiding van enkele - weet dat de SP op dergelijke manifestaties graag een zeer dominante rol speelt. Dat geldt zowel voor de uitstraling en het format, als ook voor de inhoud. De manifestaties zijn een belangrijk deel van de PR-strategie van de SP, en zij zorgt er dan ook voor dat in de beeldvorming de tomaat domineert.

Persoonlijk ben ik me door de agenda erachter, ondanks mijn actieverleden, in toenemende mate ongemakkelijk gaan voelen op dergelijke bijeenkomsten: de extremere geluiden overheersen. Er is minder ruimte voor nuance. Tsja, daar is het een manifestatie voor, hoor ik u denken. Maar ik wil niet alleen voor eigen parochie preken, voor het eigen hermetische gelijk. Ik wil meer mensen aanspreken dan alleen de extreme linkervleugel.

Voor de PvdA heeft haar aanwezigheid in Den Bosch vandaag grote consequenties. Ze is te gast bij de SP. Al lange tijd laat de SP duidelijk merken dat ze groter wil worden dan de PvdA en in de peilingen is zij dat nu ook. De aanwezigheid van Cohen vandaag doet veel SP-ers dan ook triomfantelijk gniffelen. En hoezeer PvdA-ers ook bezweren dat het juist heel sterk is van Cohen om aanwezig te zijn in Den Bosch, de beeldvorming is dodelijk voor de partij.

De afgelopen dagen hebben we een stevige discussie gezien over de richting die links nu moet inslaan. Kort gezegd komt die neer op de vraag: progressief of conservatief? Gaat het om 'Stop de afbraak van de verzorgingsstaat', of gaat het om het pro-actief omvormen naar een stelsel waarbij iedereen gestimuleerd wordt mee te doen? Ook op andere gebieden speelt die keuze. Er liggen grote uitdagingen op gebied van duurzaamheid en op het gebied van internationale solidariteit en van culturele openheid: trekken we ons terug achter de dijken of blijven we internationaal georiënteerd? Maar uiteindelijk gaat het om een belangrijk punt, dat Links zal moeten oppakken. Hoe zorg je ervoor dat iedereen maatschappelijk mee kan blijven doen en zich kan ontwikkelen, dat niemand buiten de boot valt? Hoe zorg je ervoor dat het ideaal van de emancipatie, van het lokkend perspectief om grip te hebben op je eigen toekomst, kan blijven bestaan voor iedereen?

Het lijdt geen twijfel dat het beleid van het kabinet-Rutte grote maatschappelijke tweespalt zaait. Dat gebeurt op twee manieren. Cultureel, want Wilders gaat rustig door met van wrok doortrokken retoriek en het opzetten van groepen tegen elkaar. En sociaal-economisch. De belangrijkste kloof ligt niet zozeer tussen rijk en arm. Dat is te simpel. Weliswaar voelen de laagste inkomens zich in toenemende mate in de knel zitten, maar zij zijn niet de enigen.

De PVV dankt haar succes aan het feit dat zij tot nog toe de enige partij is die oog heeft voor de positie van de middeninkomens, die in toenemende mate verslechtert. Deze groep heeft het om drie redenen moeilijk. Op de eerste plaats ziet zij haar positie op de arbeidsmarkt verslechteren doordat veel traditioneel voor haar bestemde werkgelegenheid wegvalt: de postbodes, de politie, het onderwijs. Ze ziet daarnaast ook de sociale samenhang in de buurt afnemen. Tegelijkertijd worden overheidsvoorzieningen die voor haar bestemd zijn in toenemende mate ontoegankelijk. Zelfs de allerslimste burger kan tegenwoordig de weg niet meer vinden tussen de aanvraagtoetsingen, de indicatie-stellingen, de wachtlijsten, de telefoon-keuze-menu's en de spreekuren. Geen wonder dat deze groep ressentiment kweekt - en als links dat ressnentiment niet weet te adresseren, zal Wilders blijven winnen.

De accenten liggen bij verschillende linkse partijen anders - D66 en GroenLinks zijn van oudsher meer international georiënteerd en cultureel gezien meer open dan de SP; GroenLinks legt meer de nadruk op milieu en duurzaamheid; en D66 en GroenLinks leggen meer de nadruk op een participatie gebaseerd sociaal stelsel omdat zij de emancipatorische werking van maatschappelijk meedoen belangrijk vinden. In die zin zijn GroenLinks en D66 beduidend progressiever dan de SP, dat kan zeker zo gezegd worden. En zeker is ook dat de PvdA momenteel niet goed weet waar zij staat. De reacties vanuit de PvdA op de oproepen van Halsema maken de agendaloosheid binnen de PvdA duidelijk zichtbaar. Maar uiteindelijk is er een punt dat links zeker bindt: het in stand houden van maatschappelijke samenhang en het ideaal van emancipatie.

In een tijd waarin er veel op het spel staat, is het voor links alleen maar gunstig als zij een zo breed mogelijk publiek aanspreekt. Nu de VVD al naar rechts is opgeschoven, en het CDA dat vandaag gaat doen, ligt het midden wijd, ja wagenwijd open. D66 is daar al ingesprongen. Een partij als GroenLinks zal naar verwachting in toenemende mate teleurgestelde VVD- en CDA kiezers aanspreken. En Roemer kan wel roepen dat hij Halsema rechts vindt, de enige kans om links zo veel stemmen te geven dat zij bij de volgende verkiezingen wel de meerderheid haalt, ligt erin ook het midden aan te spreken. Die mogelijkheid is nu meer dan ooit. Emile Roemer weet dat even goed als ik. Alleen - de PvdA, weet die het ook?

Dit stuk verscheen eerder op Joop.nl