Tuesday, March 02, 2010

Een centrum-linkse coalitie: now is the time

Het is crisis. Op de rijksbegroting moet zo'n 35 miljard aan bezuinigingen gevonden worden. De gangbare wijsheid is dat het het verstandigst is om in tijden van crisis een rechts kabinet te hebben. De coalitie tekent zich al af: CDA met VVD, aangevuld met Wilders en-streep-of D66. Bezuinigen op kunstsubsidies, ontwikkelingssamenwerking en welzijn. Belastingen vooral omlaag en het overheidsapparaat inkrimpen: die is toch niet productief. Dan zal de economie snel genoeg weer aantrekken.

En toch. We staan nog midden in de financiële crisis – wellicht zelf aan de vooravond van een nieuw, dieper dal. Maar kijkend naar het ontstaan van deze crisis is er geen twijfel mogelijk over hoe deze ontstaan is: door overmatige deregulering van de economie, met name van ons financieel systeem. Inmiddels kan niemand dat systeem nog overzien, laat staan dat men er enige grip op heeft. We hebben de afgelopen decennia onder invloed van het neoliberalisme een samenleving opgebouwd, die is gebaseerd op hebzucht; en de winst vloeit naar enkelen. Amerikaanse midden-inkomens, bijvoorbeeld, zijn het afgelopen decennium gestagneerd – om nog maar te zwijgen van de laagste inkomens. De 'too big to fail'-banken zijn intussen gered en daarmee het financiële systeem – ten koste van jarenlang minder welvaartsgroei en slechtere publieke voorzieningen. Intussen investeren banken as we speak het verkregen geld niet in leningen, niet in investeringen om de economie weer op gang te brengen, maar in lobby voor nòg meer deregulering – en in bonussen natuurlijk. Terecht begon Ariana Huffington van het invloedrijke weblog Huffington Post onlangs een campagne genaamd Move Your Money om mensen te bewegen hun geld naar kleinere banken te brengen die hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nog wel namen. Maar er is meer nodig: het is tijd voor paal en perk.

Het is duidelijk dat een bezuinigingsbeleid 'rechtsom' niet de wortel van de crisis zal aanpakken. Deregulering, ondoordacht inkrimpen van het overheidsapparaat, bezuinigen op de zogenaamde 'onproductieve' sectoren is geen optie meer. Maar ten diepste is de crisis ook een crisis van ethiek: accepteren wij een samenleving, waarbij ruim baan wordt gegeven aan de hebzucht van enkelen, ten koste van de inkomens van velen, ten koste van belangrijke sociale voorzieningen, om nog maar te zwijgen van milieu en klimaat? Het is opvallend, dat juist de partij die de mond altijd vol heeft van ethiek, niet in staat is geweest om een doordacht antwoord te formuleren. Nog steeds gelooft het CDA in marktwerking en deregulering: nog onlangs stelde CDA-minister Klink verdergaande liberalisering van de ziekenhuiszorg voor. Hij gaf zich geen rekenschap van één van de lessen van de crisis: dat de eerste zorg van verzekeraars helemaal niet zozeer is om op te komen voor de patiënt of de kwaliteit van de zorg. De eerste zorg van de ziektekostenverzekeraar is zo veel mogelijk winst te maken.

Al langer wordt gepleit voor een ander welvaartsbegrip: één dat gaat over meer dat het leven mooi maakt dan alleen een volle portemonnee. Onlangs stelde Femke Halsema het in een interview: mensen zijn het consumeren moe. Niet voor niets schreef ze een boek met als titel 'Geluk'. Het is bekend: onvoldoende geld, leven in armoede maakt ongelukkig; maar op een gegeven moment is nóg meer geld geen aanleiding meer voor een toename in geluk. De econoom Richard Layard toonde aan dat we gelukkiger zijn als ons onderwijs en onze gezondheidszorg goed is; als we ons kunnen ontwikkelen, als onze leefomgeving schoon, veilig en prettig is, als de lucht schoon is en de natuur dichtbij. Wat mensen gelukkig maakt, is de nabijheid van familie en vrienden; en de tijd om daarvan te genieten. Evenwichtige en gelijkwaardige economische groei -dus ja, een tikje nivellering- draagt bij aan een open, tolerante en democratische maatschappij waarbij mensen het algemeen belang in het oog hebben. Zo bezien had het CDA, met haar hardvochtige pleidooi voor 'eigen verantwoordelijkheid' en deregulering er niet verder naast kunnen zitten. De conclusie is onontkoombaar: het CDA is, net als haar leider, moreel uitgeput.

De tijd is rijp om de economie op een andere leest te schoeien. En momenteel gebeurt wat tot voor kort ondenkbaar was. Nog tijdens de campagne nota bene spreekt de PvdA zich uit voor een ruk naar links. Niet alleen fractievoorzitter Hamer, ook Wouter Bos gaven onlangs aan een progressieve coalitie de meest aantrekkelijke optie te vinden. De PvdA zal dus een duidelijk linkse campagne voeren. D66-leider Pechtold heeft zich uitgesproken voor een kabinet met de VVD en GroenLinks. Sociaal, groen, innovatief en links-liberaal. De weg naar een Paars-3 ligt open: PvdA, D66, VVD en GroenLinks. En dat is terecht, want het is deze coalitie die de morele en beleidsmatige antwoorden in zich heeft om de crisis te lijf te gaan.