Waarom dit kabinet faalt.
Het begin van de revolutie of overschreeuwt VN zich hier?
Zowel Vrij Nederland als de Volkskrant stellen dit weekend de stijl van het Kabinet-Balkenende aan de orde. In Vrij Nederland trekken vier van haar prominente journalisten -Thijs Broer, Robert van de Griend, Michiel Hulshof en Max van Weezel- hard van leer. Niet alleen op de cover, maar ook in een hoofdartikel. Maar veel verder dan een analyse dat het kabinet niet waarmaakt wat zij belooft (innovatieplatform, bestuurlijke vernieuwing), onterechte jobstijdingen verspreidt over de economie, en zich niet houdt aan haar eigen norm'nwaard' (vol naastenliefde illegalen uitzetten, vol gemeenschapsdenken speeltuinverenigingen en padvindersorganisaties korten en vol rentmeestersschapsgedachten olieboren in de Waddenzee) komen ze niet.
Wel een grote bek maar geen luisterend oor.
In de Volkskrant graaft Peter Giesen (altijd al scherp) iets dieper. Hij interviewt onder andere Gerrit Voerman, hoofd van het Documentatiecentrum Politieke Partijen van de Rijksuniversiteit Groningen. Dit Kabinet, vindt Voerman, heeft wel de polariserende en doortastende stijl overgenomen van Pim Fortuijn, maar mist diens vermogen om aan te voelen wat er bij de burger leeft - laat staan om een band te smeden met de achterban. Het ontbreekt het kabinet volstrekt aan empathie. Arrogantie viert hoogtij -zie de manier waarop tegenstemmers tegen de Grondwet in een hoek werden gezet: misleid, cynisch of eigenlijk te dom om mee te praten. Zalm is een exponent van die arrogantie, met zijn aankondiging dat hij naar demonstrerende menigten op het Malieveld zou zwaaien, maar zich er niets van aan zou trekken. De grote vakbondsdemo, afgelopen najaar, toonde aan hoezeer dit Kabinet het contact met de samenleving kwijt was. Zalm - en het Kabinet- dachten dat Nederland een ruk naar rechts had gemaakt, maar de werkelijkheid ligt gecompliceerder.
Hard werken okee, maar ook enige zekerheid graag.
Uit veel onderzoeken blijkt dat Nederlanders bang zijn voor de (economische) toekomst. Dit kabinet gooit daar nog eens een schepje bovenop door te roepen dat burgers voortaan maar voor zichzelf moeten zorgen.
Dat terwijl er meer een hang ontstaat naar gemeenschapsbanden en naar zekerheid. Daar past een terugtredende overheid zoals het kabinet die voorstaat, niet in, zegt Martijn Lampert, research director bij Motivaction. Ook het laatste rapport van het SCP en het recente 21-minuten-onderzoek van McKinsey tonen aan dat burgers weliswaar vrijheid en dynamiek willen, maar ook zekerheid en geborgenheid. Vreemd is dat niet: je durft juist meer risico's te nemen als je weet dat je ergens op kunt terugvallen. En voor dat laatste heeft dit Kabinet geen oor. Gecombineerd met een zekere pedanterie en arrogantie is dat fnuikend. Vandaar dat slechts 19% van de kiezers vertrouwen heeft in dit kabinet. Terwijl dat versmade Paars nog altijd rond de 40 à 45 % scoorde.
Er moet toch wel iets heel schokkends gebeuren, wil dit kabinet de verkiezingen overleven.
|