Sunday, March 27, 2005

Shell helpt: scenario's voor mondiale ontwikkeling (2)



Nu is de volgende studie uit, die voor het eerst drie werkzame krachten onderscheidt in plaats van twee. Naast de aloude marktwerking enerzijds en het streven naar gelijkheid en sociale cohesie anderzijds, is er -naar aanleiding van 9/11 en Enron, een zeer versterkt streven naar veiligheid.

Een wereld van wantrouwen....
De in de scenariostudie gehanteerde aanname is dat twee krachten zullen samenwerken om een ander eronder te houden. Waar marktwerking en streven naar veiligheid elkaar treffen en sociale cohesie het onderspit delft, ontstaat een globalisering gebaseerd op wantrouwen: de Low Trust Globalisation. Conflicten worden voor de rechtbank uitgevochten. Advocaten doen goede zaken: de maatschappij juridiseert. Eigendomsrechten -met name intellectueel eigendom: copyrights en patenten- worden zwaar verdedigd. Dat leidt ertoe dat er minder uitwisseling van ideeën en minder kennisontwikkeling plaatsvindt. De overheid legt, daartoe aangezet door diverse beursschandalen, zware reguleringen op waar bedrijven aan moeten voldoen en controleert streng. Dat resulteert in een hoge administratieve lastendruk voor bedrijven. Daarnaast legt de overheid strenge beperkingen op aan burgeljike vrijheden. Geen gezellige wereld dus.

...van vlaggen...
Als streven naar veiligheid en streven naar sociale cohesie samenwerken en marktwerking eronder houden, ontstaat wat Shell noemt een "vlaggen"-wereld. Het gaat dan wel om sociale cohesie, maar met een conservatief-religieus tintje, leidend tot bijzonder gesloten gemeenschappen: een wij-tegen-zij wereld. Landen stellen onder druk van hun burgers strenge wetten op, waarin zij vooral hun eigen en korte termijn belangen verdedigen. Burgerrechten gelden vooral voor eigen inwoners, niet voor vreemdelingen. Politici doen in toenemende mate een beroep op nationalisme en patriottisme, populisme ja zelfs patronage. Het verschil tussen arm en rijk vergroot; rijken trekken zich terug in gated communities. Eigenbelang is hier de drijvende kracht.

...of een open wereld.
Als -en dit lijkt Shell, en mij ook- de meest gewenste combinatie de overhand krijgt, namelijk enerzijds marktwerking en anderzijds gelijkheidsstreven en sociale cohesie, ontstaat een mondiale "Open Doors Society". Dit is het scenario waarin de economische groei het hoogst is - anders dus dan neoconservatieven en neoliberalen beweren. Dat komt onder meer omdat in een open gemeenschap de kennis-uitwisseling en dus de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten gemakkeljik plaatsvindt. Een tweede factor is dat burgers en maatschappelijke organisaties, overheid en bedrijven steeds meer gezamenlijk standaarden ontwikkelen waar bedrijven zich in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen aan houden. Dit zijn geen opgelegde, maar ingebouwde regelingen. Participatie van burgers is een sleutel-element in dit scenario. Ook bijvoorbeeld sociale zekerheid is meer gericht om mensen weer aan het werk te helpen bijvoorbeeld door middel van opleidingen, dan op het zeker stellen van een bepaald uitkeringsniveau. Het gaat niet meer om herverdeling van kapitaal, maar om herverdeling van mogelijkheden.

Rol van maatschappelijke organisaties.
Scenariostudies voorspellen geen toekomst. Ze bieden wel de mogelijkheid om cruciale factoren te identificeren. De manier waarop burgerschap zich ontwikkelt is daar een van. Laten we ons verleiden tot het volgen van puur eigenbelang -of van wat politici ons vertellen wat eigenbelang is? Of bundelen we ons om publiek belang -milieu, geljke kansen, cultuur, solidariteit te verdedigen?
De rol van maatschappelijke bewegingen is een andere factor. De wereld wordt steeds ingewikkelder, vooral in het 'open doors'-scenario. Maatschappelijke organisaties moeten mensen de mogelijkheid bieden om te participeren. Daar staat tegenover dat burgers daarmee ook de plicht hebben zich in dingen te verdiepen - de ouderwetse rol van maatschappelijke organisaties als scholingsorganisaties komt hier weer in zicht. En daar doen organisaties als de Novib, Greenpeace en dergelijke nu te weinig aan. Het zijn platte campagne-organisaties geworden. Je kunt er donaties doen - maar meedoen, leren waar de beslissingen vallen en invloed uitoefenen is een stuk verder weg. Daarmee wordt ongelijkheid vergroot. Nu eens niet ongelijkheid in inkomens, maar ongelijkheid in participatie-mogelijkheden: in weten hoe je belangrijke beslissingen beinvloedt. Naar mijn mening zullen maatschappelijke organisaties hun missie moeten herzien, willen zij echt klaar zijn voor een globaliserende wereld.