Monday, December 06, 2004

Occidentalisme (2): zij houden van pepsi-cola en wij houden van de dood.


Japanse Kamikazepiloot voor zijn vlucht.

In het tweede essay citeert Buruma een Japanse Kamikazepiloot: "We borrelden over van enthousiasme. Shinkai en ik zwoeren elkaar dat we de grootste schepen zouden doen zinken die we maar konden vinden. Ik dacht aan mijn leeftijd, negentien, en aan het gezegde: 'Sterven als mensen nog steeds je dood bewenen; sterven als je nog jong en fris bent; dat is waarlijk Bushido" (p. 62). Dit doet meteen denken aan de opmerking die een jonge jihadi maakte tegen een Britse journalist: "De Amerikanen zullen nooit winnen, want zij houden van Pepsi-cola en wij houden van de dood".


Elke Palestijnse zelfmoordterrorist/martelaar krijgt zijn eigen poster.

Met het citaat van de Japanse Kamikazepiloot geeft Buruma aan dat ook hier, bij de Saoedi-Arabische en Palestijnse zelfmoordcommando's, niets nieuws onder de zon is. Wij verbazen ons er vaak over dat de zelfmoord-terroristen vaak goed opgeleidde jongeren zijn - maar dat waren de Kamikaze-piloten ook. Het waren vaak de beste studenten van hun jaar. Mensen die zich gewapend hadden tegen oorlogspropaganda, schrijft Buruma, die maar al te goed wisten, dat hun zelfopoffering militair gezien nutteloos was. Wat zij wilden, was Japan in moreel opzicht redden.

Hun opofferende zelfmoord was bovendien allesbehalve een Japanse traditie. Net zo min als de Islam een doodscultus kent, zo merkt Buruma op. Nee, hun dood was onderdeel van een -overigens ook weer uit het Westen geïmporteerde- Nietschiaanse romantiek. Een romantiek waarbij heldhaftigheid -culminerend in de martelaarsdood- werd gezien als tegengesteld aan het corrupte, decadente westen.

Dat het Westen zo corrupt en decadent was, kwam in hun ogen door het liberaal-democratische systeem. Voor een goede handel is rust en vrede nodig. Dat betekent dat mensen afleren te vechten, te strijden. Maar het democratisch systeem vergt daarbij ook nog eens dat belangentegenstelligen worden opgelost door middel van onderhandelingen en compromissen. Democratie leidt daarmee onvermijdelijk tot middelmatigheid. Dat in tegenstelling tot ouderwetse niet-gekozen Leiders, Zonnekoningen die grote bouwwerken deden verrijzen en Generaals die het land naar glorieuze overwinningen voerden.

Wij zelf denken er natuurlijk heel anders over: juist door marktwerking moet men zich steeds in competitie bewijzen en zich onderscheiden van anderen. Dat is toch een soort heldendom. Zeker, zegt Buruma, maar de meeste mensen leiden nu eenmaal een middelmatig leven. Daar is natuurlijk niets mis mee. Maar juist dit soort stromingen biedt mensen de mogelijkheid om zich deel te voelen van een glorieus collectief.

Het westen, concludeert Buruma, wordt als een vijand gezien, omdat de belofte van materieel comfort, individuele vrijheid en de waardigheid van het doorsnee leven alle utopische pretenties juist onbelangrijk maken (p. 75). Zet daar tegenover de heroiek van de strijd, van het streven naar hogere idealen en daarvoor te willen sterven - en dan heb je iets onweerstaanbaars.

En die Bush maar betogen dat hij 'democratie wil vestigen'. Als je Buruma moet geloven wordt dat dus niks.