Copyrights, patenten en vrij toegankelijke informatie.
We leven in een informatietijdperk dus het is niet gek dat behoorlijk wat strijd kan ontstaan over wie bepaalde informatie mag gebruiken en wie het in eigendom heeft. Copyrights regelen het eigendom van kunstwerken, design en cultuuruitingen. Patenten die van wetenschappelijke ontdekkingen en technische uitvindingen. Beiden, zowel patenten als copyrights, zijn de laatste tijd wat ver doorgeschoten.
Copyrights.
Eerder schreef ik over een boek van Lawrence Lessig, die beschreef dat het uitgebreide copyright op allerlei kunstuitingen, van meubels tot mode, het moeilijk maakt om nieuwe kust te maken. Het strenge copyright maakt dat je veel rechten moet betalen als je terug lijkt te grijpen op werk van anderen. Maar het wezen van creativiteit is nu eenmaal dat elk kunstwerk teruggrijpt op iets anders. Walt Disney bijvoorbeeld putte vrijelijk uit de sprookjes van Grimm - als hij zoveel copyright had moeten betalen als nu gebruikelijk is, waren die films onbetaalbaar geworden. Copyrights bedreigen zo de vooruitgang.
Lessig creerder het Creative Commons-model dat de auteur zelf laat regelen hoe zijn of haar werk gebruikt kan worden. Daarin kun je bijvoorbeeld regelen dat je werk wel gebruikt mag worden, maar onder bepaalde voorwaarden, bijvoorbeeld bronvermelding.
Patenten.
Ook met betrekking tot patenten speelt zich een dergelijke strijd af. Eerder citeerde ik een artikel van Marcia Angell in de New York Review of Books over patenten op medicijnen. Medicijnfabrikanten maken enorme winsten, en motiveren dat door te zeggen dat ze zoveel geld moeten stoppen in het ontwikkelen van nieuwe medicijnen. Maar dat klopt niet. Medicijnfabrikanten investeren natuurlijk alleen in producten die gegarandeerd winst opleveren: Viagra bijvoorbeeld. Door stevige patenten houden ze vervolgens jarenlang recht op alleenverkoop. Dat is gegarandeerde winst.
De begrotingspost bij medicijnfabrikanten voor R&D is maar minimaal: de begroting voor de afdeling marketing is vele, vele malen groter. De weinige echte doorbraken op het gebied van ontwikkeling van medicijnen komen tot stand op universiteiten. Ondanks de vrije-markt heroiek is de medicijnindustrie dus enorm afhankelijk van de overheid: voor het ontwikkelen van nieuwe medicijnen, en voor het verlenen van haar patenten.
Winst op gemeenschapseigendom?
Er begint steeds meer weerstand te komen van wetenschappers tegen dit 'leegzuigen van het publieke domein'. Uitgevers van wetenschappelijke tijdschriften -Elsevier bijvoorbeeld- vragen enorme abonnementskosten van Universiteiten. En verdedigen hun winstmarge van 30% (!) met zware copyrights. Wetenschappers beginnen zich af te vragen waarom zij, betaald uit gemeenschapsgeld, hun werk gratis aan deze tijdschriften ter beschikking moeten stellen, gratis moeten optreden als peer reviewer voor andere artikelen, en vervolgens moeten betalen om hun eigen onderzoeksresultaten te kunnen delen met studenten? Saskia de Vries, directeur van de Amsterdam University Press schrijft in het NRC hoe de universiteiten nu maar zelf weer de distributie van wetenschappelijke artikelen ter hand nemen. Via het Open Access model. Wetenschappelijke informatie wordt weer onfutseld aan de multintionals en komt weer waar het hoort: in het publieke domein. Gratis toegankelijk voor iedereen.
|