Sunday, November 21, 2004

Aanklacht tegen Allah



Afshin Ellian en Leon de Winter dienen in de Trouw een symbolische aanklacht in bij Minister Donner. Zij beschouwen Allah als medeplichtig aan de moord op Theo van Gogh. Mohammed B handelde op verzoek of in opdracht van Allah. Deze beledigt immers in de Koran atheïsten en ongelovigen en roept op tot het aanbrengen van zwaar lichamelijk letsel aan- en doden van ongelovigen. Hij lokt bovendien uit tot moord door beloften te doen (paradijs en gezellinnen met geronde boezem) dan wel door misbruik van Zijn gezag dan wel bedreiging (met hel en verdoemenis). Allah belastert daarnaast Joden en roept op hun bezittingen te plunderen. Bovendien verwerpt Hij anti-discriminatiebepalingen ten aanzien van de maatschappelijke rol en positie van vrouwen. "Het is dus", besluiten Ellian en De Winter, "van het grootste belang Dhr God zo spoedig mogelijk op te sporen en in verzekerde bewaring te doen stellen voordat andere vrezenden de daden en het gedrag van de verdachte Mohammed B. navolgen (...). Aangezien volgens vrezenden dhr. God zich overal ophoudt, hoeft deze opsporing niet lang te duren."

Flauw? In ons eigen Oude Testament staan net zulke passages. Dat hadden ze er best even bij mogen zetten -maar goed, Trouw-lezers weten dat natuurlijk wel. Maar afgezien van het feit dat ze even geen blad voor de mond nemen, geeft de tekst wel aan dat het gevaarlijk is om godsdienst een plaats te geven boven de wet. Of om godsdienstigen een plaats te geven boven andere mensen, bijvoorbeeld door het zwaarder strafbaar te stellen om hen te kwetsen. Zeker wanneer je als religieuze je enigszins archaïsche religieuze teksten letterlijk neemt. Dat verbetert de maatschappelijke orde niet, integendeel.