smalende godslastering-nog-an-toe
Iedereen heeft vrijheid van meningsuiting. Gelovigen nog een stukje meer dan ongelovigen. Maar Geert Wilders heeft het meest van allemaal. Zo is de stand van zaken momenteel.
Vier jaar geleden stelde de toenmalige minister van Justitie, Piet Hein Donner, voor om het wetsartikel over godslastering uit te breiden. Artikel 147 - ooit ingesteld door zijn opa, minister van Justitie Jan Donner- bepaalt dat geschreven of gesproken uitingen die smalend of krenkend zijn voor gelovigen, niet mogen; je mag ze ook niet publiceren of aan de openbare weg plakken en het is nog eens expliciet verboden om predikanten en priesters en dergelijke te bespotten of aan eredienst gewijde voorwerpen.
Verscherping artikel 147. Minister Piet Hein opperde de verscherping van artikel 147 naar aanleinding van de moord op Theo van Gogh. Donner werd echter publiekelijk afgevallen door zijn collega-ministers Verdonk en De Graaf. Vervolgens dreigde Lousewies van der Laan om een motie in te dienen om het wetsartikel juist te schrappen. Argument daarbij was dat belediging van iemand's godsdienst niet erger is dan bijvoorbeeld belediging van iemand seksuele voorkeur en dus ook niet anders behandeld moet worden. Maar ze krabbelde uiteindelijk terug en verzachte de motie -of het Kabinet artikel 147 wilde 'heroverwegen'. Desondanks werd de motie nog verworpen. Overigens stemde ook GroenLinks destijds tegen: zoals de meeste partijen vond ze 'het moment verkeerd'.
Schrappen die hap. Momenteel werkt Harry van Bommel (SP) aan een wetvoorstel om het wetsartikel over blasfemie te schrappen. Apart genoeg was het de PvdA-er Ton Heerts, die, toen hem dat ter ore kwam, meteen met een motie kwam om het aftikel te schrappen 'op een daartoe geschikt moment' - nooit dus. Waarom speelt de PvdA hier eigenlijk boodschappenjongen van CDA en ChristenUnie? Onmiddelijk kwam er een tegenzet van Femke Halsema, die voorstelde om aan artikel 284 (over dwang) een artikel toe te voegen over geloofsdwang om afvalligen te beschermen. "Een signaal', noemde Halsema het in Pauw en Witteman: "Dit vinden wij als samenleving of als staat belangrijk: iedereen mag het geloof aanhangen dat hij wil maar niemand mag een ander dwingen om te geloven of niet te geloven". Op haar blog citeert Halsema commentaar van jurist Bronkhorst bij het arrest van de Hoge Raad inzake het ezelsproces: “Aantasting van opvattingen van mensen is iets anders dan aantasting van mensen om hun opvattingen.”
Vreemde actie van Hirsch Ballin. Ook al is een ruime meerderheid van de kamer nu dus voor schrappen, dankzij de actie van PvdA-er Heerts zal het artikel blijven staan. Hirsch Ballin stelt nu juist voor om het artikel uit te breiden met de door Halsema gevraagde bepaling over geloofsdwang en zelfs met een bepaling da atheisten niet beledigd mogen worden. Dat was niet de bedoeling natuurlijk. Als atheist mag je best beledigd worden, ik persoonlijk zou er zelfs naar uitkijken!
Lockiaans, Spinozaans of Milliaans?In een groot achtergrondstuk in de Volkskrant (helaas niet online) legde Peter Giessen dit weekend de achtergrond uit van het principe van vrije meningsuiting en de verhouding tot religie. John Locke hechte belang aan vrijheid van meninguiting opdat iedereen zijn eigen geloof moest kunnen kiezen: de staat moest daar buiten blijven. Het gaf religies grote ruimte om gelovigen te winnen maar ook te disciplineren. Baruch Spinoza achte vrijheid van meninguiting juist instrumenteel voor het zich onttrekken aan de dwingelandij van religies. Pas in de 19e eeuw verschoof de argumentatie naar een wetenschappelijker insteek van John Stuart Mill, namelijk dat blijvende discussie en debat nodig is voor vooruitgang van de rede.
Vrijheid van meningsuiting in naam van de vooruitgang. Blijft de vraag die zich nu ook voordoet: in hoeverre gaat vrijheid gepaard met verantwoordelijkheid om niet te kwetsen? Met de opmerking dat ze 'gekwetst' zijn, kunnen gelovigen immers elke discussie dood slaan. Wat mij betreft kun je wel onderscheid maken tussen kwetsen om het kwetsen ( 'geitenneuker'), en een misstand bespreken, wat in eerste instantie kwetsend kan zijn. Zo had de Opera Aïsha die de verhouding van de islam tot vrouwen thematiseerde, wat mij betreft nooit afgelast mogen worden.
En Wilders? Die was bij het debat helemaal niet aanwezig. Over vrijheid van meningsuiting denkt hij op geheel eigen wijze. Zo vond hij dat sommige kunstenaars opgesloten moeten worden en de Koran verboden. Degene met de meeste meningsuiting op dit moment is ontegenzeglijk Geert Wilders. Maar vrijheid?
|