Saturday, March 01, 2008

Brechtje gaat naar Uruzgan (2): ja waarom eigenlijk?

"Ik verwacht natuurlijk wel dat je gewoon op volle kracht voor onze afdeling blijft doorwerken", zegt mijn baas streng maar dat is een beetje een verloren zaak en dat weet hij. Want vanuit wat op het ministerie heet, 'de taskforce Uruzgan', wordt aan me getrokken. Veiligheidstraining. Defensie-personeelsnummer. Uitrusting aanmeten. En kan ik vast mee op recce met het PRT?

Op het Ministerie is het nu de tijd van de zomerronde: we veranderen allemaal eens in de drie tot vier jaar van positie en dat gebeurt vooral in de zomer. Veel collega's zitten dus 'in de ronde' en horen rond deze tijd waar ze geplaatst zijn. Mensen informeren belangstellend waar ik naar toe ga. Als ik antwoord "Uruzgan", feliciteren ze me eerst gewoontegetrouw en vragen dan voorzichtig "dat was toch wat je wou?"
Jazeker, maar ook ik sta er met gemengde gevoelens tegenover. Want ik weet door eerdere werkzaamheden in Uganda en Sudan wel een beetje waar ik aan begin en het is simpelweg zwaar.

's Nachts lig ik af en toe wakker - en niet alleen over de vraag bij wie ik de poezen onderbreng. Ik herken 'that sinking feeling' van eerdere uitzendingen: waar begin ik in godsnaam aan? Waarom geef ik mijn huisje en keurig-op-rolletjes-lopend leventje op voor zóiets?

Maar een mail van één van mijn voorgangsters doorlezend, weet ik het weer. Ze schrijft "De ultieme redding van je geestelijke gezondheid is om na Afghanistan een paar maanden vrij te nemen." Ze zit dan nu ook een paar maanden in het Midden-Oosten om Arabisch te leren. En het klinkt gek, maar hierin herken ik professionaliteit. In een situatie als in Uruzgan heb je de neiging om delen van je gevoelsleven af te snijden of eventjes op non-actief te zetten: er is in het kamp zo goed als geen privacy maar wel veel stress. Het getuigt van professionaliteit om er niet voor weg te lopen wat dat met je doet. Juist in zwakte toon je je kracht.

Daar was ik in eerdere missies al achter gekomen, en dit te herkennen in een collega doet me weer realiseren 'what makes me tick': professionaliteit. In dit soort situaties kun je besluiten om de boel maar uit te zitten, en jezelf te verdoven met drank, seks of computerspelletjes; òf je kunt het aangaan, en dan stijg je soms boven jezelf uit. Vooral als het team waarin je zit, hetzelfde doet. Dan kun je elkaar enorm steunen, en dan kan het ondanks alles een indrukwekkende ervaring zijn.

En er was nog een reden. Ik weet natuurlijk ook wel dat de wederopbouwmissie ook een vechtmissie is. De Taliban breken soms weer af wat jij opbouwt: erger, ze doden mensen die jij al te opzichtig helpt. Het gaat dus maar uiterst langzaam en veel van wat je onderneemt kun je simpelweg niet aan de grote klok hangen, omdat je daarmee mensen in gevaar zou brengen. Maar ergens toen ik een jaar of veertien was, heb ik een levensmotto aangenomen: 'take a good look around and don't be afraid'; en dat motto is speciaal voor dit sort dingen. Er gebeuren nu eenmaal hele erge dingen op de wereld en daar mag je je ogen niet voor sluiten, integendeel. Juist dan moet je heel goed opletten en kijken waarom en hoe het gebeurt en hoe je dat kunt doorbreken.
Ik zou geloof ik een goede mensenrechtenactivist zijn. Maar nu word ik diplomaat in Uruzgan.